15,00

Sprong

Auteur: Karel Sergen

In Sprong vormt de dood van beide ouders van de dichter de aangrijpende kern. Rouwen als postume liefde. Maar ook de liefde tot de vrouw speelt met haar verleiding, vervulling en onvolkomenheid resoneert opnieuw. En in de openingscyclus vallen een aantal ‘Jodoignses’ gedichten op.

Sergens stijl is sterk ritmisch, beeldend en gericht op taalspel en – vernieuwing. Met de abstracte schilderijen van Hilke Muyldermans ontrolt zich een spannende dialoog met de poëzie. De zevende bundel van Karel Sergen is een nieuw hoogtepunt in zijn groeiend oeuvre.

Knipsel

nu krijg ik hem, hij wou nooit op papier,
tenzij aan de achterkant, moeilijk gekras,
uitgedane woorden, hard verlegen wit.

zij was zo zon dat hij plaatsvond
in haar schaduw, waar hij aaide,
werd geaaid, zaaide.

mijn vader. hij staat nu los.
ik kus hem in zijn hoofd,
krijg hem eindelijk aan.

Over de auteur

Karel Sergen (Turnhout, 1954) publiceerde tot op heden zes dichtbundels. Hij is leraar Nederlands aan de kunsthumaniora St.-Lukas in Schaarbeek en was literair journalist en recensent voor Het Belang van Limburg (1990-2000). Hij is ook actief als handboekmaker (Melopee, Uitg. Plantyn). Sergen werd de laatste jaren voor diverse literaire projecten gevraagd om zich in te leven en te schrijven met asielzoekers, gevangenen en kansarmen. Zo heeft ook het proza binnen zijn werk een plaats gekregen. Gedichten uit Sprong werden geselecteerd voor Gedichten 2002 (Davidsfonds/literair, 2002, red. Hugo Brems en Willy Spillebeen) en verschenen in Deus ex Machina en Gierik. Overigens werd de poëzie van Sergen recent opgenomen in prestigieuze bloemlezingen, zowel over de liefde, de stad als de tuin.

Recensies

  1. :

    5042b

    ‘Een bundel die in sereniteit moet gelezen worden.’ (Meander)

    ‘Over Sergens poëzie: ‘Zijn gedichten bieden steevast meer dan één invalshoek om ze te interpreteren, wat ze dan ook zo boeiend maakt.’ (Kris Pint, Poëziekrant)

    ”…d’une sobriété déconcertante – aucune de ses syllabes n’est gratuite – passant magistralement d’une nonchalance feinte à une impressionnante sévérité, jongleur du mot, attrapant la grammaire par le bout du nez, forgeant les paroles en perles faites pour durer longtemps, longtemps… (Bernard de Coen, Mélangue)’ (Bibem, nummer 4, 2004)

SKU: 345 Categorie: Tags: ,