Toverstroming
Luchtig en speels als roodkapje in een wonderbaarlijk maar duister bos, tussen luid en wit. Erotiek, vaderschap, leven tussen lijden en sterfelijkheid, de schoonheid van de wereld en haar ondergang: Van Dessel dicht een aanvaarding van het leven zoals het is.
Over haar spraakmakend debuut Een kei in duren schreef recensent Stefan Van den Bossche in De Leeswolf: “Haar taalgebruik is parlando, de gehanteerde woordenschat past in een uit de jaren tachtig herkenbaar idioom dat veeleer benaderend is, strelend, liefkozend misschien.” Van Dessel streeft naar een uitgepuurde vorm met een zuivere boodschap.
In Toverstroming bloeit Van Dessels dichterschap verder open: een aangrijpende bundel is het resultaat.
Knipsel
en altijd wint het tomeloze water
hij leeft van blauwe lucht, denkt aan een dag in mei,
aan een glinsterend landschap na een onweer en misschien
einde oogst ergens stranden in een tentje.zij jut het strand op, zomert lang voor mei begint,
trekt al haar landschappen open, glinstert de lucht vol
blauweregen en spant zich op als een onweer in een tent.klein van zoveel water steekt hij de vloedlijn over,
kijkt niet om, loopt uit in zee.
Over de auteur
Ann Van Dessel (1961) werkt als pedagogisch begeleider. Bij Uitgeverij P verscheen in 2012 Een kei in duren. In samenwerking met dichterscollectief Pazzi di Parole verscheen in 2015 de stiltebundel Een kier in het rumoer en in 2017 Lopen op los zand, gedichten om kanker neer te schrijven. Als dichter zoekt ze voortdurend naar vormen om poëzie van haar voetstuk te halen en terug aan de mensen te geven. Want poëzie is van iedereen. En iedereen is poëzie. Meer info op annvandessel.com
jancorbeels – :
De nieuwe bundel van van Dessel is behoorlijk consistent. Op het eerste gezicht lijkt de thematiek nogal gevarieerd, maar bij nader toezien is vooral het verleden aan de orde. Dat voorbije leeft voort in een soort vertrouwelijke lichamelijkheid die de dichteres in staat stelt om aanknopingspunten met het verleden te vinden en te exploreren. In zekere zin schrijft zij een persoonlijke geschiedenis. Dat vivante maakt gaandeweg plaats voor een bij momenten harde confrontatie met de werkelijkheid van familie, omgeving en werkomstandigheden. (…) de dichteres [is] op haar best wanneer ze de schraalheid van de taal opzoekt. Om dat pad verder te blijven opgaan, moet ze zich van het grootste deel van haar werkelijkheid afkeren, zoeken naar een alternatief voor die werkelijkheid die bijwijlen al te navoelbaar is, en zich vervolgens overgeven aan de schaarste en naaktheid van de bezielde woorden.
Stefan van den Bossche, Poëziekrant, 2018
Geschikt voor slowreading: traag en rustig genieten van deze woordkunstenaar. Bijzonder verzorgde en aantrekkelijke uitgave.
Marc De Pril, NBD Biblion