Het omber en het oker
Het Omber en het Oker is de zesde dichtbundel van Paul Rigolle. In zes cycli haalt hij ook nu weer mét deemoed én met bravoure de onderwerpen die hem dierbaar zijn nader naar zich toe.
In Een stem in de tijd onderzoekt hij wat het betekent om als dichter in deze tijd verstrikt te raken in de halsstrik van de taal. De cycli Fragmenten van het huis en Een jaagpad in de regen leggen de sporen vast van huiselijk en ander werelds geluk. In de titelcyclus Het Omber en het Oker geeft hij volop ruimte aan zijn fascinatie voor kunst en schoonheid. Het heimwee van de bladen naar het boek bundelt dan weer een aantal erg persoonlijke dagboekgedichten om met de afsluitende Lamento-cyclus vast te stellen wat het is om alsmaar meer afscheid te moeten nemen van mensen die hem dierbaar zijn.
Net als met zijn eerder werk zorgt Rigolle met deze nieuwe bundel voor een persoonlijke diagnose van het menselijk bestaan in een steeds minder te vatten wereld en voor een eigen plaatsbepaling daarin. Dichter Frank Pollet daarover: “Al zo’n halve eeuw volg ik de poëzie van Paul Rigolle. En nog altijd blijft ze me verrassen met die perfect gekozen woorden, verrassende zinswendingen, subtiliteiten allerhande. Gedichten zoals ik ze graag lees en herlees. Echte Poëzie, dus.”
Over de auteur
Paul Rigolle (°Roeselare, 1953) schrijft poëzie en proza. Hij publiceerde eerder 5 dichtbundels en de wielerboeken Op de helling en Vélo-Dromen (samen met Patrick Cornillie). Rigolle is eindredacteur van De Schaal van Digther en bestuurslid van de VWS (Vereniging van West-Vlaamse auteurs) waarvoor hij cahiers bezorgde over de dichters Philip Hoorne, Magda Castelein en Patrick Cornillie. In 2024 verscheen zijn essay ‘Wij worden erts dat niemand delft’ over de poëzie van Frank Pollet. Gedichten van hem werden in het verleden gepubliceerd in verschillende tijdschriften en ontvingen diverse literaire prijzen.
Richard Foqué over Tot het bestaat zijn meest recente dichtbundel: “Elk woord staat waar het moet staan en draagt feilloos bij tot betekenis, vorm en ritme van het geheel. Voor de dichter Rigolle geldt – Descartes parafraserend – “Ik kan het schrijven, dus het bestaat”.
Naar aanleiding van het gedicht Jaagpad dat in Outrijve langs de Schelde staat en ook opgenomen is in deze nieuwe bundel, schreef Renaat Ramon in De Geus: “De poëzie van Paul Rigolle is noch dromerig noch woordspelig. Het is een poëzie waarin vaak kritische leestekens worden gezet.”
Recensies
Er zijn nog geen reviews.