20,00

Waar water samenvloeit

Auteur: Raymond Carver Joris Iven

Groene tarwe, de steeltjes van aardbeien, radiogolven na de regen, een middagje vissen (en geen enkele vis die beet), een telefoontje van moeder op Kerstmis, water dat samenvloeit met ander water,… Gewone, alledaagse ervaringen die Raymond Carver in een glimp opvangt en er vervolgens leven in blaast tot ze opgloeien, ‘vonken maken’ zoals de in pek gedrenkte blokken sparrenhout in de open haard en zich onuitwisbaar vastzetten in het bewustzijn.

De Amerikaanse dichter Raymond Carver, die pas in de jaren ‘80 doorbrak, wil zo subtiel schrijven ‘als het stromen van water in een rivier, terwijl slechts weinig in mijn leven subtiel was.’ Hij schrijft over wat er écht toe doet: ‘liefde, dood, dromen, ambities, volwassen worden, leren omgaan met de beperkingen van jezelf en van anderen.’

Salman Rushdie zei het al: ‘Lees alles wat Raymond Carver schreef.’

Knipsel

Een middag

Terwijl hij schrijft, zonder naar de zee te kijken,
voelt hij hoe de punt van zijn pen begint te trillen.
Het getij spoelt door de kiezelstenen.
Maar dat is het niet. Neen,
het is omdat zij op dat moment besluit
helemaal naakt de kamer in te lopen.
Slaperig, een moment lang zelfs niet zeker
waar ze is. Ze strijkt het haar van haar voorhoofd.
Gaat op het toilet zitten, met haar ogen gesloten,
hoofd naar beneden. Benen gespreid. Hij ziet haar
door de deuropening. Misschien
denkt ze aan wat er die ochtend is gebeurd.
Want even later opent ze één oog en kijkt hem aan.
En glimlacht lief.

Over de auteur

Raymond Carver (1938-1988) hoort sinds de jaren ’80 tot de belangrijkste schrijvers van zijn generatie. ‘Gedichten van een nieuwe orde,’ aldus The Sunday Times.

Joris Iven is een bekend dichter en is sinds het begin van zijn schrijversschap ook actief als vertaler van poëzie. Bij Uitgeverij P verscheen in 2006 een keuze uit de poëzie van de Indiase dichteres Sujata Bhatt, Naaktzwemmen in de geschiedenis en in 2008 een keuze uit het werk van de Amerikaanse dichter Charles Simic, Hotel Slapeloosheid. In 2013 werkte hij mee aan de ambitieuze bloemlezing Ierse poëzie, De prangende verbeelding.

Recensies

  1. :

    Zijn gedichten hebben eenzelfde precieze, droge, recht-door-zee-stijl en gaan over (veel) drank, gewone dingen uit het dagelijks leven, familie en dood, maar zijn doodschoten met liefde voor de natuur en beschrijvingen van intens gelukkig zijn. (…) Drank kom je regelmatig tegen in de gedichten van Carver en, wat belangrijk is, de oorzaak van de drankzucht en de gedachte die erachter schuil gaat. (…) Prachtige poëzie zoals alleen hij kon schrijven. (…) Deze mooie bloemlezing maakt duidelijk dat de kwaliteit van de poëzie van Carver zijn verhalen evenaren. Ieder Carver liefhebber moet deze bundel dan ook naast zijn verhalenbundels hebben staan. – Livia Visser-Fuchs in NBD Biblion

    Raymond Carver was een voorstander van gewoon taalgebruik en waar zijn vloeiende intentie zich in zijn eerste met alcohol besproeide dichtbundels toespitste op de thematische uitwerking van stoffige aarde en vagevuur, laten zijn latere, sobere poëziebundels het thematische water van rivieren en oceanen onbeperkt vloeien. – Kris van Zeghbroeck in Mappa Libri

    Waar water samenvloeit met ander water laat zien dat Carvers poëzie in ons taalgebied een onterecht ondergeschoven kindjes is. (…) In zijn poëzie laat Carver veel meer ‘binnen’ toe; hij benoemt geregeld emoties en durft ook veel lyrischer te zijn. (…) Ivens vertaling is prima. (…) Belangrijk is het dat Carvers (praterige) toon is overgebracht. Bovendien zijn de enjambementen in de vertalingen zelfs soms wat sterker dan die in de originele gedichten, met dank aan de Nederlandse zinsbouw. (…) Veel gedichten lijken na een paar regels bijna statisch, alsof het beeld geschetst en de emotie overgebracht is, maar dan schuift Carver er vaak bijna achteloos een laatste beeld in, waarna het gedicht een extra lading krijgt. (…) Zulke wendingen, die op anekdotisch niveau weinig spectaculair zijn maar zwaar aankomen, laten een dichter in topvorm zien. – Maarten Buser in de Poëziekrant 

  2. :

    Wie de prachtig uitgegeven bundel Waar water samenvloeit met ander water (Uitgeverij P) leest, ervaart dat Carver een dichter was die wist hoe je op een aangenaam directe manier tot de lezer moest spreken. Ik hou van beekjes en van de muziek die ze maken. / En van geulen, in moerassen en beemden, voor ze de kans hebben om beekjes te worden. Carver is zo goed, omdat hij als dichter persoonlijke verhalen durft te vertellen, zo precies mogelijk.

    Wim Brands, VPRO Boeken

  3. :

    Deze mooie bloemlezing maakt duidelijk dat de kwaliteit van de poëzie van Carver zijn verhalen evenaart. Ieder Carverliefhebber moet deze bundel dan ook naast zijn verhalenbundels hebben staan.
    Ezra de Haan, Literatuurplein

  4. :

    Er verschijnen zelfs in de Poëzieweek weinig in het Nederlands vertaalde dichtbundels. Dat ligt niet aan de Vlaamse Uitgeverij P, die al jaren zorgt voor een gestage stroom (internationale) poëzie, met altijd wel een verrassing. Dat zijn nu de gedichten van Raymond Carver, die zijn faam vooral aan zijn verhalen dankt. Sommige van de gedichten in Waar water samenvloeit met ander water zíjn eigenlijk al korte verhalen. Briljante verhalen (…) scherp, geestig en regelmatig met een flinke scheut gin erover om het allemaal nog erger te maken.

    Arjen Fortuin, nrc.nl  

  5. :

    Waar water samenvloeit met ander water is de tweede naar het Nederlands vertaalde bloemlezing van Carvers gedichten. Selectie, vertaling en inleiding zijn verzorgd door Joris Iven. De bundel laat zien dat Carvers poëzie in ons taalgebied een onterecht ondergeschoven kindje is. (…) In zijn poëzie laat Carver veel meer ‘binnen’ toe; hij benoemt geregeld emoties en durft ook veel lyrischer te zijn. (…) Ivens vertaling is prima. (…]) Belangrijker is het dat Carvers (praterige) toon is overgebracht. Bovendien zijn de enjambementen in de vertalingen zelfs soms wat sterker dan die in de originele gedichten, met dank aan de Nederlandse zinsbouw. (…) Veel gedichten lijken na een paar regels bijna statisch, alsof het beeld geschetst en de emotie overgebracht is, maar dan schuift Carver er vaak bijna achteloos een laatste beeld in, waarna het gedicht een extra lading krijgt. (…) Zulke wendingen, die op anekdotisch niveau weinig spectaculair zijn maar zwaar aankomen, laten een dichter in topvorm zien.

    Maarten Buser, Poëziekrant

SKU: 394 Categorieën: , Tags: ,