Winkelmand bekijken “Tederheid en andere beloften” is toegevoegd aan je winkelmand.

 17,50

Kromzang

Auteur: Stefaan van den Bremt

‘Oude liedjes zingen krom’ schrijft Stefaan van den Bremt naar aanleiding ‘La chanson des vieux amants’ van Jacques Brel. Niet zonder zelfkritiek wordt elders teruggeblikt op de weg die door de dichter is afgelegd. 

Kromzang, een reeks waarin stemmen van andere dichters meeklinken, sluit bijna naadloos aan op de in 2013 verschenen essaybundel De oude wereld moe. Maar het geheel is ook een pleidooi voor ‘de kunst van het kijken’ en zet zich af tegen ‘het wegkijken van andermans lijden’. In het lange slotgedicht ‘Cantus firmus’ krijgt de veldtocht tegen de Katharen in Zuidwest-Frankrijk een wrange actualiteit.

Over het gedicht ‘De reisgenoot’ uit de vorige bundel Blauw slik (2013) schreef Benno Barnard: ‘Ik spreek uit een ervaring met poëzie van inmiddels veertig jaar wanneer ik u zeg dat dit een groot gedicht is.’ En Hugo Brems noteerde naar aanleiding van het gedicht ‘Hier’: ‘Het zijn opmerkelijke verzen, waarin de ik zich als in een mystieke ervaring leeg maakt, een en al ontvankelijkheid voor het blauw.’

Publicatiedatum: 2015

Aantal pagina’s: 72

ISBN: 978-90-6265-880-0 

Knipsel

Het gedicht dat ik ben

Ik ben een slecht gedicht.
De beeldspraak sta ik in de weg.
In mij rijmt alles op niets.

Erger nog: ik speel toneel,
ik plagieer Gods adem (mijn stem
is zijn pars pro toto). En zingen
heb ik verleerd.

Ik lieg als deel een geheel: ik,
gevolg dat zich voordoet als oorzaak,
een scheve metonymie
die kruipt in een kreupeldicht.

Over de auteur

Stefaan van den Bremt (1941) debuteerde als dichter in 1968 en publiceerde tot nog toe meer dan twintig eigen poëzietitels en tal van vertalingen uit het Frans, Spaans en Duits. Ongeveer tegelijk met Kromzang ziet Tuin van de liefde. Getijdenboek, Van den Bremts nieuwe vertaling van Verhaerens trilogie Les Heures, het licht.

Recensies

  1. :

    ‘Van den Bremt stelt in zijn poëzie meer vragen dan dat hij antwoorden formuleert, daarbij steeds weer erop bedacht in taal vast te leggen wat dreigt verloren te gaan, vooral dan waar het de schoonheid betreft en de troost die ervan kan uitgaan. (…) Intrigerend in “Kromzang” is de cyclus De meester en de menigte waarin de dichter op zoek gaat naar wat kunstenaars weleer bezighield. Zo is er de sterke reeks van tien kwatrijnen waarin wordt gefocust op het licht in het werk van de Vlaamse primitieven. En moeiteloos verbindt Van den Bremt het motief met het beeld dat hem bijblijft van het Laat portret van zijn vader. (…) Met de bundel Kromzang levert Stefaan van den Bremt, voor zover dat nog nodig mocht zijn, een vernieuwende proeve van zijn gerijpt dichterschap.’ – Jooris van Hulle in Kunsttijdschrift Vlaanderen

    ‘Zoals zijn traditie wil, offreert de dichter, vertaler essayist Stefaan van den Bremt (1941, Aalst) weer een grote variëteit aan poëzie in slechts één bundel. (…) De afwisseling resulteert niet alleen uit de verscheidenheid aan onderwerpen (…), maar ook uit de ‘verwijsborden’ achter de ‘richtingsaanwijzers’. (…) Daarnaast springt Van den Bremt van de ene stijl op de andere. Toch spreekt uit elk register vakmanschap. Deze van levensinzichten getuigende verzen zijn gemiddeld beter dan zijn vroegere werk. Het is niet alleen dankbaar grasduinen in dit boek, maar ook hard werken. De dichter roept de lezer namelijk op om, door zo intensief mogelijk te lezen en mee te werken, van verkennen te komen tot herkennen.’ – Albert Hagenaars in NBD Biblion

    ‘De gedichten in Kromzang worden gedrenkt in een sluimerend gevoel van vergeefsheid om wat als schoonheid wordt ervaren. Wat helpt, of kan helpen, is de taal die de ervaring, ook al is het maar voor even, kan vasthouden.’ – Jooris van Hulle in Poëziekrant

    ‘Stefaan van den Bremt toont zich in zijn nieuwste bundel Kromzang een belezen dichter die niet geheimzinnig doet over de bronnen die hem inspireren, of dat nu een lied van Bertolt Brecht of een tekest van Octavio Paz is. Zijn oriëntatie reikt over verschillende taalgebieden en literaturen heen. Van den Bremt is het gewoon langs scherp gesneden lijnen zijn voorstellingen en figuren uit te beelden. Van den Bremt is een dichter die met zo min mogelijk woorden probeert de ongrijpbaarheid van een niet te beredeneren herinneren en weten te vangen. Dat laat zich enkel opsluiten in beelden en metaforen. Ik vond het een leerzame en aangename kennismaking met deze rijke poëzie.’ – Johan Reijmerink, Meander Magazine

    ‘Sommige schrijvers ga je meer waarderen naarmate je meer van hen gelezen hebt. Stefaan van den Bremt is zo’n auteur. Hij werkt aan de vervolmaking van een oeuvre dat inmiddels imposant genoemd mag worden. Interessant aan de werkwijze van deze veelkunner is de drie-eenheid van vertalen, essays schrijven en dichten. Eigenlijk vraagt ieder gedicht in Kromzang om nauwgezet lezen en herlezen. Wat op het eerste oog ‘kromzang’ lijkt, blijkt uiterst helder, zodra je je erin verdiept. Stefaan van den Bremt heeft in deze bundel ‘dode’ dichters nieuwe gedichten gegeven, echter zo eigen als hij maar kon. Na ieder gedicht had ik de neiging naar mijn boekenkast te lopen om te kijken hoe naadloos hij ‘in de stijl van’ schreef, maar de kwaliteit van Kromzang dwong mij tot doorlezen. Deze keer was Stefaan van den Bremt aan de beurt. Als dichter goed genoeg om plagiaat op te plegen.’ – Ezra de Haan, Literatuurplein

    ‘In Kromzang spreekt een mildere dichter, die soms nostalgisch dan toch weer strijdvaardig reflecteert over zijn verleden en daarbij ironie en zelfkritiek niet spaart. (…) Uit elk vers straalt de maitrise van een gerijpt dichter, een doorleefde kennis van de teksten, die aanleiding zijn en context vormen, maar die in elk gedicht getranscendeerd worden, waardoor een nieuw origineel werkstuk ontstaat. Van den Bremt hanteert geen gratuite stijlfiguren. Alles is afgemeten, weldoordacht met respect voor de refererende tekst. Zo ontstaat een eigen poëtica, een eigen idioom, die doorheen de bundel consequent wordt aangehouden.’ – Richard Foqué in De Auteur

SKU: 400 Categorie: Tags: ,